1
2
3 Carnaval

U bevind zich hier: Sander Coumou > Projecten > Carnaval

Carnaval

Wat mij betreft is er maar 1 plaats waar je Carnaval kan vieren. En dat is Oeteldonk (‘s-Hertogenbosch).
Vaak hoor je Oeteldonkers praten over het gevoel en buitenlanders. Met het gevoel bedoelen ze dan het Oeteldonks gevoel, met buitenlanders mensen van buiten de stad, ik dus. Inmiddels ben ik onderdeel van dit feest sinds 1998 en zal ook de komende jaren genieten van dit feest. Tijdens Carnaval is de stad omgetoverd tot Oeteldonk, bijna alles is rood, wit en geel gekleurd. Het station omgedoopt tot Oeteldonk Centroal, politieagenten hebben een rood, wit en geel gekleurd sjaaltje om de nek.

Geschiedenis voor 1882

Carnaval, of "vastenavond", bestaat al sinds de Middeleeuwen. De voornaamste verklaring voor het ontstaan van het feest is dat mensen blij waren dat de dagen, na de vaak barre winters, weer langer werden. Een donkere periode werd afgesloten en er werd aan een periode van voorspoed begonnen. In de lente gaat immers alles weer groeien en bloeien en zal er dus weer voedsel in overvloed zijn: reden genoeg om de bloemetjes eens flink buiten te zetten!

Ontstaan van Oeteldonk

Naar aanleiding van de “banvloek” van de bisschop, kwamen enkele carnavalsminnende jongeren bijeen in café Plaats Roijaal, dat toen gevestigd was in de straat Achter het Stadhuis. Daar smeedden zij een plan waarin iedereen zich zou kunnen vinden. Het doel was om carnaval voor ’s-Hertogenbosch te behouden en het idee was om dat te doen door het carnavalsfeest te veredelen, door er allerlei nieuwe elementen aan toe te voegen. Zij bedachten de formule van Oeteldonk.

De, zeker toen, mondaine stad 's-Hertogenbosch zou voor drie dagen omgedoopt worden in het dorp Oeteldonk. Iedere inwoner van de stad werd dan boer of "durske" en aan het hoofd een van de gemeente een “burgervaojer”' (Peer van den Muggenheuvel). Deze burgervaojer werd in 1882 voor het eerst groots ingehaald door de kersverse Oeteldonkers. Een gedenkplaat op de Wilhelminabrug herinnert aan dat feit. Op 1 oktober 1882 werd de Oeteldonksche Club opgericht om het initiatief uit te werken en te begeleiden.

Het jaar daarop (op 5 februari 1883) voegde men een nieuw element toe, namelijk het bezoek van “Z.K.H. Prins Amadeiro, Ricosto de Carnavallo, Heer en Meester van Oeteldonk en omliggende watervrije moerassen”, zoals een aanplakbiljet uit 1883 vermeldt. Een grote optocht met praalwagens begeleidde hem bij zijn intocht. In essentie is dit gebruik tot op heden niet veranderd. Wel is de naam van de Prins in de loop der jaren uitgebreid met meerdere titels. De titulatuur van de Prins luidt nu::

“Zijn Koninklijke Hoogheid Prins Amadeiro, Ricosto di Carnavallo, Ridder van het Reksam, Heer en Meester van Oeteldonk en deszelfs omliggende watervrije moerassen en zandwoestijnen, enz., enz., enz.”

Oeteldonk was meteen een groot succes. De eerste optocht (op maandag 6 februari 1882) trok meteen al 28.000 bezoekers. In de jaren daarna kwamen al mensen vanuit heel het land naar de optochten kijken en het feest in Oeteldonk meevieren. Er werden zelfs vanaf 1884 speciale nachttreinen ingezet, om de bezoekers veilig thuis te brengen. Ook lokaal ontving de organiserende Oeteldonksche Club veel lof. Kortom: Oeteldonk was van meet af aan enorm populair!

Deze tekst is overgenomen van De Oeteldonksche Club van 1882

Symbolen

De oplettende man ziet in de stad ‘s-Hertogenbosch vele uitingen die verwijzen naar carnaval. Op vele pleinen en in straten zijn beelden, gedenkplaten en andere verwijzingen naar het carnaval te vindenVan enkele zal ik een korte beschrijving geven.

Kleding

Met carnaval draagt een Oeteldonker:

  • De blauwe boerenkiel
  • De rode boerenzakdoek, die met de knoop naar voren en de punt naar achtereen wordt gedragen.
    In plaats van en knoop wordt de boerenzakdoek van oudsher ook wel bijeen gehouden door een eenvoudig luciferdoosje.
  • Witte wanten, bijeen gehouden door een touwtje. De wanten worden met het touwtje om de nek gedragen,
    de wanten zelf voor de kiel op broekzakhoogte.
  • Boerenpet: Van oudsher dragen de boeren (mannen) een boerenpet.
  • Rood-wit-gele gebreide sjaal


Vele Oeteldonkers sieren hun kiel op met de emblemen / jaarschildjes, waarmee de kiel dus elk jaar weer van een nieuwe element wordt voorzien.

Vlag

Onmiskenbaar één van de meest prominent aanwezige symbolen van het Oeteldonkse Carnaval is de Oeteldonkse driekleur rood-wit-geel. De driekleur is alom aanwezig en wappert aan tal van vlaggestokken, aan vele veurgevels en doet ook uitstekend dienst als middel tegen de kou in de vorm van een wollen gebreide sjaal.
De herkomst van de driekleur is onbekend, maar vormt al een symbool sinds begin vorige eeuw. De kleuren van de vlag in de huidige volgorde komen we voor het eerst in 1911 tegen. De eerste keer dat we de driekleur tegenkomen in carnavalesk verband, zij het in een andere volgorde, is in Pieter Brueghel’s schilderij ‘de strijd tussen carnaval en de vasten’ uit de 16e eeuw.

Wapen

In het wapen van Oeteldonk, dat in zijn huidige vorm al sinds 1924 wordt gevoerd, zijn 3 symbolen cq. verwijzingen naar Oeteldonk opgenomen:Knillis

  • De driekleur, rood-wit-geel
  • De nar linksboven en de narrenkap op het wapen, symboliseert de carnavaleske maskerade tijdens Carnaval
  • De kikkers in het midden en de ‘ijzeren bout’ (Oeteldonks voor libel) rechtsonder symboliseren het moeras Oeteldonk

Boer Knillis

Hij kan gezien worden als vertegenwoordiging van de oprichter van Oeteldonk en de boer. Knillis staat elk jaar op de Markt, hij wordt op zondag middag vroeg onthuld en op dinsdag avond begraven (einde van carnaval). Ook deze boer heeft zijn behoeften en word daarom elk schrikkeljaar voorzien van zijn vrouw, Moeder Hendrien, ze staan dan gezamenlijk op de Markt.

Kikker

De (groene) kikker of de kikvors is een veel gezien symbool tijdens Carnaval in Oeteldonk. In tegenstelling tot wat veel mensen denken is de kikker niet een verwijzing naar het woord ‘Oetel’ in Oeteldonk, maar meer een symbool voor het Oeteldonkse moeras. Oetel is namelijk helemaal geen synoniem voor kikker/kikvors, maar een schertsende verwijzing naar de Bossche bisschop Godschalk uit Den Dungen, die eind 19e eeuw fel tegen het ‘heidense’ Carnavalsfeest gekant was. Van den Oetelaar was een veel voorkomende achternaam in Den Dungen in die tijd. Oetel is derhalve schertsend bedoeld in de naam ‘Oeteldonk’. Overigens is ‘donk’ een verwijzing naar moeras (droge plek in het moeras).

Enkele foto's van carnaval 2010

Zie de beschrijving bij de foto's voor verdere uitleg

Knillis op de markt vanaf vrijdag Op donderdag de Worstenbroadwee Live muziek in de de kroeg lalala Een gedeelte van de band

Op de parade staat de Spiegeltent van de OC1882, dit is de binnenzijde Zondag ochtend wachten op de bus naar Oeteldonk Het perron waarop de prins om 11:11 aankomt, de enige keer per jaar dat de NS echt op tijd rijd Zondag boer Knillis is door de prins onthuld Hotel Central, het onderkomen van de Prins

Boer Knillis Gezellig in 't root Scharlake Maandag de optocht, dit is de eerste wagen en het is koud! De 2e wagen De 3e wagen

De kleinkeinder treden op in het Oetelpalet Dinsdag, laatste dag, de Keinderoptocht De jeugdprins tijdens de keinderoptocht aaaaaa Einde kinderoptocht

Opnieuw de Kleinkeinder, nu in 't Root Scharlake De kleinkeinder bezig met hun optreden In't Root Scharlake En dan om 00:00 de begrafenis van Knillis

 

Carnaval 2014 begint op zondag 2 maart!

De officiele opening van het seizoen is op 11 november 2013 waarna in november het kwekfestijn wordt gehouden.

Motto: ! Oeteldonk loat u zweve

 

Vragen/opmerking?

6
15
16 17 18